Peter Paul Rubens: Kruisafneming
“Nu, Meester, laat U,
zoals U gezegd hebt,
uw knecht in vrede gaan;
want mijn ogen hebben uw heil gezien,
dat U ten aanschouwen van alle volken hebt toebereid,
een licht dat een openbaring zal zijn voor de heidenen
en een glorie voor uw volk Israël.”
(Lc. 2:29-32)
Heb je in de noorderdwarsbeuk de ‘Kruisoprichting’ al bekeken? Dan stel je vast dat dit schilderij gemakkelijker leesbaar is, zeker voor het centrale paneel: minder personages, minder drukte, een intens droevige maar intiemere setting
Er zijn drie tot vier jaren verlopen sedert de productie van het voorgaande kunstwerk; de meester heeft meer ervaring. Kunstcritici beschrijven dit werk als ‘koeler’ en ‘klassieke barok’.
Keren we terug naar het tijdstip waarop dit tafereel zich afspeelt: Goede Vrijdag, bij valavond.
“Het is volbracht” (Johannes 19:30).
Het intense lijden is voorbij, het verdriet nog lang niet, enkel de getrouwen (de vrouwen!) zijn nog aanwezig.
Volgens de efemeriden van 2024 en de huidige UTC / GMT+2 IST Israel Standard Time gaat in Jeruzalem de zon in april onder bijna exact om 19 uur. (en staat de middagzon op 12:40 u.)
Er blijft nog enige tijd een licht hangen op het gebeuren maar dat heeft meer te maken met de historisch correcte locatie van dit kunstwerk, namelijk boven het historische altaar van het Kolveniersgilde. De natuurlijke belichting moet van rechtsboven vallen (hang je dit werk tegen een andere wand, dan zal het je onnatuurlijk overkomen).
In deze voorloper van de avondschemering is geen plaats meer voor hard zonlicht. Behalve de vrijwel egaal donkere achtergrond waarop de personages naar voren komen, achteraan de helpers die het doek vasthouden of tussen de tanden klemmen, daarvoor de Hoge-Raadsman Nicodemus, de grafeigenaar Jozef van Arimatea, en op het voorplan, de vrouwen en de geliefde leerling Johannes, je kan ‘m niet missen met zijn rode kleed.
De schaduwen zijn nu de accenten op de zijde en het fluweel van Maria Magdalena (en haar blonde haren) en Maria Kleopas (en de ene traan op haar roze wang). Een gangbare interpretatie van de teint van moeder Maria is die van: lijkkleur, psychisch de dood nabij.
Bij vergelijking met het andere schilderij past de kunstenaar hier licht verschillende technieken toe: hij gebruikt opnieuw de diagonale compositie die voor dynamiek zorgt, laat de personages er in een uitgerekte ellips rond kringen, maar typeert ze individueel met een kleurvlak. De harde schaduwen zijn vervangen door de licht-glanzende overgangen in de vrouwenkleren.
De uitgebalanceerde compositie leende dit centrale paneel tot reproductie als gravure in zwart/wit; de populariteit daarvan zou wereldwijd, tenminste in de halve wereldbol onder Spaanse dominantie, zijn invloed verspreiden.
Bekijk nu ook met meer aandacht de zijpanelen: daarin zie je het licht vooral op de achtergrond schijnen. De ‘Visitatie’ zet Maria vooraan, geflankeerd/geruggesteund door de dienstmeid die ons aankijkt, respectvol aangeraakt door Elisabeth. Jozef en Zacharias, de bijrollen in dit verhaal, staan op het tweede plan, tikkeltje overschaduwd door de dames. De wolkenhemel zie je daarboven én onderaan in het doorkijkje op de Jordaanvallei.
In de voorstelling van de tempel, bij de ‘Opdracht van Jezus’, valt er ook een zacht licht in de koepelruimte achteraan (zoals in een barokke koepelkerk in Rome).
De volgspot staat wel op Simeon, gekleed in rood en goud, en dan klopt ook zijn lofzang:
“Nu, Meester, laat U,
zoals U gezegd hebt,
uw knecht in vrede gaan;
want mijn ogen hebben uw heil gezien,
dat U ten aanschouwen van alle volken hebt toebereid,
een licht dat een openbaring zal zijn voor de heidenen
en een glorie voor uw volk Israël.”
(Lc. 2:29-32)
Bij het verlaten van de Kathedraal ben je vlak bij het beginpunt van het parcours Zuid: Groenplaats.